‘ In Enkhuizen?’
– ‘ Jazeker, want daar werd de baby door de familie Loots liefdevol opgevangen en grootgebracht, toen haar Amsterdamse ouders haar niet meer moesten.’
‘ Ah, dat schrijnende verhaal. Daar hoorde ik over in een stationswachtkamer. Weet je waar de mensen die het hierover hadden verontwaardigd over waren? Dat de betreffende dame pas enkele jaren terug de naam Loots officieel kon aannemen en gebruiken en dat daarvoor een inzamelactie nodig was. Hoezo inzamelactie? Hier staat het: “Pas sinds een paar jaar heet ze ook officieel Dolly Loots, de naam die ze al haar hele leven gebruikt. De naamsverandering werd mede mogelijk gemaakt door een inzamelingsactie onder Enkhuizers.”
Dus dat werd niet snel en soepeltjes geregeld, maar het kind moest jaren met schande door het leven met een naam die ze – als afdankertje – niet wilde, en er moest uiteindelijk geld voor worden ingezameld. Dat is pas wreed zeg. In wat voor een land leven we toch?’
– ‘ Nou, in een land met groot verantwoordelijkheidsbesef hoor, lees ik in de Trouw. “ 10.000 euro” en “ …een vergoeding van materiële schade variërend van 123,48 tot 3634 euro. “Deze naar Nederlandse maatstaven zeer lage bedragen …” Dus zeg – royaal genomen – 10.000 + xxxx euro = yyyyyy euro? Zeer lage bedragen. Zo veel zal die naamsverandering voor mevrouw Loots, destijds, zeker niet hebben gekost. Vermoed ik. Denk aan Rawa Gede en vermoed dat dit smartengeld hoogstwaarschijnlijk eveneens in andere zakken dan die van de officieel rechthebbenden terecht zal komen.’
‘ Tuurlijk niet. Het is gewoon smeergeld dat in de zakken van bobo’s verdwijnt, verpakt als smartengeld. Zo doen we vandaag de dag zaken. Hunnie de poen en “wij” een opnieuw voor een klein stukje gezuiverd koloniaal blazoen. Tot de volgende deal.’
– ‘ Als sluitstuk van alle goede nobelheid staat er een suikerzoet interview met mw. Verbeet in de Trouw. Een regelrechte pr-promo. Lees zelf maar als je wilt. Ongelooflijk. Zouden er mensen zijn die dit allemaal voor zoete koek slikken, denk je?’
‘ Nederland is werkelijk ziek.’
♦
Los Olvidados (pronounced [los olbiˈðaðos], Spanish for “The Forgotten Ones”), known in the U.S. as The Young and the Damned, is a 1950 Mexican film directed by Luis Buñuel.[1]