‘ Verschuiven of verplaatsen (displacement), is een psychisch afweermechanisme waarbij een – meestal agressieve – impuls jegens een persoon of situatie, niet wordt geuit tegenover het object (een ander individu) dat de impuls opwekt, maar tegen iemand bij wie de uiting van de impuls minder risico’s met zich brengt. Dus de impuls wordt niet afgeweerd, maar de uiting van die impuls wordt afgeweerd en op een ander object gericht. Bijvoorbeeld iemand heeft een conflict met haar baas op het werk, maar de ruzie die daarbij hoort, maakt ze niet met haar baas, maar met haar partner thuis (die meestal niet snapt wat zij/hij verkeerd heeft gedaan om die woede te verdienen).’
- ‘Hoe ligt het verband met de vissers, die drugs smokkelen? Die vissers verschuiven hun werkterrein?’
‘ Dat laatste ook, zeker, fysiek, maar het psychologische verschuiven of verplaatsen, loopt in dit geval via de autoriteiten, die in onze naam de orde en de goede zeden handhaven en die deze vissers dus op de huid gaat zitten. De vissers fungeren hier als de bliksemafleider voor onze wrevel en woede. Dan heet het: vissers overbevissen de zee en plegen obstructie wanneer de groene griepgriezels voor ons aller bestwil honderden windmolens in de Noordzee willen plempen. Voor bepaalde gremia zijn vissers de gebeten hond. Wij moeten verontwaardigd en boos zijn op de vissers, die drugs zouden smokkelen in plaats van alleen folkloristisch uit vissen te gaan. Het verplaatsen, loopt tevens via de media die hierover op de gebruikelijke manier berichten: drugs smokkelen mag niet. Als je wordt gesnapt, krijg je straf. Zo wordt het ons natuurlijk ook steevast verteld. Bankiers worden nooit gesnapt, maar altijd gered. Veelal door politici – namens ons nog wel. Dat zijn we “normaal” gaan vinden – wat kunnen we er trouwens tegen doen?
Wij, brave borsten, zijn inwendig misschien veel kwader op de politici en bankiers die we ervan verdenken ons geld te stelen, maar op die objecten kunnen we onze agressie niet botvieren, want die zijn voor ons ongrijpbaar en onaantastbaar. Bovendien kiezen we de meeste politici zelf, want we hebben immers democratie. Dat werkt dubbel frustrerend, want: eigen schuld dikke bult. We kunnen echter wel verontwaardigd zijn over de criminele vissers. Hoewel dezelfde politici die ons geld zouden jatten (ze laten het “verdampen” maar per saldo komt het op hetzelfde neer; ze bedrijven vingervlugge financiële voodoo) er ook voor zorgen dat die vissers hun broodwinning kwijtraakten. Dus wij verschuiven onze boosheid van de politici en bankiers naar de vissers – of naar andere objecten, zo die zich daartoe lenen of aanbieden.’
- ‘ Waarom is deze passage onderstreept? Ik denk dat ik je redenatie al begin te snappen hoor. Ik bedoel deze passage: << Volgens hem [burgemeester Frank Dales van Velzen Noord-Holland met een visserij- en een jachthaven in IJmuiden ] kent bijna iedere inwoner van een havengemeenschap wel een verhaal over een jacht, kotter of zeilboot die de haven uitvaart naar een schip dat voor anker ligt en bij terugkeer veel dieper ligt. „Het gebeurt onder onze ogen, maar officieel weten we niks en niemand praat. Het is een gesloten gemeenschap.
Je krijgt het gevoel dat smokkelaars je in je gezicht uitlachen.”Het verbaast hem dat schepen vrij ongecontroleerd de ruim honderd jachthavens van Noord-Holland kunnen in- en uitvaren, „alsof er geen grenzen bestaan”. De schepen worden overdag niet goed gecontroleerd. ’s Nachts worden ze zelfs helemaal niet geregistreerd, zegt hij. Niemand noteert hun nummers, waar ze vandaan komen of naar toe gaan, wie aan boord is en wat de schepen vervoeren. Dales: „Dat vind ik heel merkwaardig. De Noordzee vormt onze buitengrens, maar we controleren vrijwel geen enkel schip dat binnenkomt. Dat gaat op Schiphol toch echt anders.” >>
Waarom moet je nou lachen? ‘
‘ Ik word vanwege twee dingen vrolijk: 1) om dat schip dat veel dieper ligt (vanwege de lading drugs) en 2) die opmerking over Schiphol.’
- ‘ Jaahááá …. ? Ik bedoel: er bestaan wel grenzen, alleen zijn ze er bij ons niet meer, dus niet “alsof er geen grenzen bestaan,” en een beladen schip ligt dieper in het water dan een onbeladen schip. Logisch, maar wat valt daar om te lachen? ‘
‘ Nou, stel je voor dat je vanuit jouw huis, of vanuit het koffiehuis, dat tegenover een grote bank of een parlementsgebouw ligt, ’s-morgens mannen en vrouwen in die gebouwen naar binnen ziet gaan, kwiek in hun gebruikelijke krijtstreeppak of kokerrokje, met het standaard attachékoffertje in de hand. Ze liggen “hoog op het water.” Stel, als de bank sluit en de kantoortijd is voorbij dan zie je dezelfde mevrouwen en meneren de bank of het parlementsgebouw uit komen, maar nu zitten de pakken strak en puilen de zakken uit. Bij de kokerrokjes idem dito. In plaats van de kwieke tred met het attaché koffertje, zeulen ze scheeflopend met een zware weekendtas, of desnoods met een zichtbare volle, dure, Louis Vuitton bag. Nu liggen ze dieper in het water. Ik zié het gewoon voor me: wèl-varen, in zeer verschilende betekenissen.’
- ‘ Juist, en dan zitten er geld of goudstaven of juwelen in de tassen en zakken wou je zeggen. Zoals drugs bij de vissers.’
‘ Precies. Bij wijze van spreken, want behalve de goudstaven en juwelen, blijft de andere buit onzichtbaar. Die wordt digitaal weggesluisd. Dat kunnen die vissers met de drugs niet. Dat is hun makke. De vissers moeten daar nog een oplossing voor bedenken en dan varen ook zij financieel binnen. Ik moet het wel heel erg bij het verkeerde end hebben, als dat niet gaat gebeuren. Vermoedelijk gebeurt er nu al zoiets, ik bedoel via steekpenningen aan de “autoriteiten,” want ook die gaan allengs tot het precariaat behoren. Dat is een glijdend pad. Dit is natuurlijk allemaal fictie, materiaal voor een roman, dat snap je, want de bankiers en politici bestelen ons vanzelfsprekend niet.’
- ‘ Neen, dat laatste is ondenkbaar. Hoe verzin je het! Voodoo, is een fantastische vorm van heel goochem goochelen. Okay. En Schiphol?
‘ Ja, Schiphol, dat vind ik ook een bak. Hier staat: “ we controleren vrijwel geen enkel schip dat binnenkomt. Dat gaat op Schiphol toch echt anders.” Alsof er op vliegvelden nooit een lading drugs tussendoor glipt, daar zou ik nu mijn hand niet voor in het vuur durven steken. In ieder geval wordt controleren op virussen op Schiphol al weer een stuk ingewikkelder en veel duurder. Daar ga ik nu niet op door, want dan wordt dit verhaal te lang, maar …. Maar: ik vind de vliegmaatschappijen intussen gewoon en ordinair te vergelijken met drugsdealers en wapenhandelaren.’
- ‘Omdat?
‘Omdat ze steeds meer mensen verslaafd maken aan hun product: vliegen. Dat is een enorme verspilling van fossiele grondstoffen – en het zal alleen maar toenemen, want steeds meer mensen willen vliegen. Kijk maar naar de reclames voor vakantiebestemmingen, daar word je nu al mee doodgegooid en let eens op de marketing: het kabinet wil de luchtvaart vergroenen. M’n neus! Je reinste newspeak uit Orwell. De politici willen gewoon zelf de aardbol rond crossen en voluit blijven vliegen en de managers van vliegmaatschappijen willen grootverdiener blijven. Wat nou vergroenen?! Met die tonnen en tonnen CO2-uitstoot en al het fijnstof?! We betalen zelf onze zelfmoord en slepen daar vele anderen in mee, die er wellicht niets mee te maken (willen) hebben.’
- ‘ Rustig nou maar. Dollars zijn groene biljetten, dus ze bedoelen met dat vergroenen ongetwijfeld dat er meer dollars mee gemoeid gaan worden dan nu al het geval is. Dat is natuurlijk je reinste voodoo, maar het werkt wel, want de meerderheid van de mensen wil het maar al te graag geloven. Zo lang als het duurt. Want dit kan natuurlijk niet eindeloos zo doorgaan. Dat kan iedereen zelf uitrekenen en bedenken. Ach, veel mensen blijven of gáán zelfs roken. Tabaks- en sigarettenfabrikanten zijn voor mij net zo goed criminelen. Nu zouden ze nota bene beademingsapparatuur en ventilatoren voor corona-patiënten doneren.’
‘ De cartoon van Bas van der Schot laat slechts één aspect zien van de KLM-farce: we betalen ons niet alleen blauw (de KLM-huiskleur) aan de bonussen van de managers, maar we betalen ons bont-en-blauw aan de externality costs, dus aan het verbruik van kerosine en de uitstoot van CO2 en fijnstof. Die externaliteitskosten, die “zien” we echter niet, die worden verdoezeld door de geldkosten.’
- ’ Tja, maar de rekening krijgen we vroeg of laat, links-of rechtsom onherroepelijk en meedogenloos voor onze kiezen en niet zo zuinig ook. Intussen financieren we onze eigen dood, terwijl we lippendienst bewijzen aan onze nobele bedoelingen ten aanzien van het milieu en klimaat. Maar wie wil daar nou aan of over denken?’
‘ Intussen zijn de grootste en zwaarste externality costs ongetwijfeld psychisch van aard aan het worden, want steeds meer mensen voelen machteloze woede en die verhardt tot rancune. Dat proces blijft aan de buitenkant veelal onzichtbaar en als de puisten van die rancune openbarsten, meestal in de vorm van gewelddadigheid (of suïcide, wanneer de agressie zich naar binnen richt) dan worden heel andere verbanden gelegd, naar heel andere oorzaken. Daar zijn uitgekiende en intussen zeer beproefde marketing-strategieën voor ontwikkeld.’
- ‘ Des te frustrerender, die spiraal naar de diepte, omdat geen land met een luchtvloot in zijn eentje zal willen of kunnen besluiten om het aantal vliegtuigen en vliegbewegingen te verminderen. Wat het ene land bespaart, dan zal een ander land onmiddellijk te niet doen. Dan heb ik de militaire tak van sport bij dit alles nog maar niet in mijn overpeinzingen betrokken.’
‘ Laat de politici beginnen met doodgewoon turven hoeveel vliegbewegingen er in Nederland van de grond komen. Met enkele eenvoudige berekeningen kun je zo vaststellen hoeveel fossielebrandstof er wordt verstookt en hoeveel fijnstof en CO2 er wordt geproduceerd. Die cijfers publiceer je vervolgens op gezetten tijden. Ook op de vliegvelden zelf. Nou ja, jij zei het al. Op pakjes sigaretten staat ook dat je eraan dood gaat. Helpt het? In ieder geval kun je mee-roken nog iets beter voorkomen en vermijden dan fijnstof inhaleren. Dat wordt gewoon over iedereen uitgestort en je merkt er niets van.’
- ‘ Dat vissers hun expertise en materieel inzetten voor eigen verdien-modellen, is dus alleszins begrijpelijk. Onze ideëen over goed en slecht raken wel steeds meer aan kruien. De vis rot nu eenmaal altijd vanaf de kop.’