* Parkeer PM *
*
‘Toen Max van der Stoel zijn doctoraal rechten deed (1947) werd Kees van der Pijl geboren. Joris Demmink is ook uit 1947, of ze elkaar kennen of ooit hebben ontmoet, weet ik niet. Ze waren ooit lid van dezelfde studentenvereniging (net als mijn overgrootvaders overigens), maar kozen verschillende wegen.’
- ‘Hoe kom je op Van der Pijl en deze verbanden? Via dat Blackbox-programma, via zijn boeken?’
‘Beide, en ook via Stendhal (Henri Beyle) en Grenoble ….. …… :”J’aime le peuple, je déteste les oppresseurs, mais ce serait pour moi un supplice de tous les instants que de vivre avec le peuple.” (Brulard, Ch 15). Dit denk ik net zo goed een beetje bij Van der Pijl te proeven – zijns ondanks. Desniettemin een boeiend portret.’
- ‘Zeker; de zelfmoord van zijn clubgenoot die de infuusbuizen uit z’n lijf trok en de beklemming die Van der Pijl bekroop toen de managers het overal – ook in het onderwijs – voor het zeggen kregen, dat is bij me blijven hangen.’
‘De managers-maladie, die is nooit meer overgegaan, hoe bizar en krankjorum ze ook moge zijn.’
………………. ………………… ……………….. ………………..
………………. ………………… ……………….. ………………..
* * *
‘Waarom dit citaat uit Rood en zwart? Omdat Van der Pijl een politiek-wetenschapper is, die vast niet voor niets van de romans van Stendhal houdt. Die romans gaan immers vooral over politiek.’
- ‘Juist, en in het bijzonder over de wrijving tussen sociale klassen. Het zou leuk zijn om een gesprek tussen Van der Pijl en iemand die Stendhal goed kent en ook politiek geen vreemdeling in Jeruzalem is, te bekokstoven.’