“Democracy” has a variety of meanings, but when we speak of “democratic legitimacy” we refer to arguments that justify the exercise of governing authority, that is, the authority to adopt collectively binding decisions and to implement these decisions with resources taken from the members of the collectivity and by resort to the state’s monopoly on legitimate coercion. Legitimating arguments, then, must establish a moral duty to obey these collectively binding decisions even if they conflict with individual preferences. In the modern era the concept of democracy has become the major foundation of such legitimating arguments. Its basic appeal was most succinctly expressed in Abraham Lincoln’s Gettysburg Address by reference to the triple identity of the governed (“government of the people”), the governors (“government by the people”), and the bmeffciaries of government (“government for the people”). But how does Lincoln’s formula create a moral duty to obey government? Leaving aside for the moment the first element, which defines the collectivity that is to be self-governing (“government of the people”), the formula points to two analytically distinct dimensions of democratic legitimation, one input-oriented, the other output-oriented the input side, “government by the people” implies that collectively binding decisions should derive from the authentic expression of the preferences of the constituency in question. Legitimate government, in other words, is self-government, and compliance can be expected be cause laws are self-determined rather than imposed exogenously. On the output side, “government for the people” implies that collectively binding decisions should serve the common interests of the constituency. Obedience is justified because collective fate control is increased when government can be employed to deal with those problems that members of the collectivity cannot solve individually through market interactions or voluntary cooperation.
Fritz W. Scharpf (2000:103-103) Interdependence and Democratic Legitimation. In: ISBN: 0-691-04923-8; ISBN-13: 9780691049236 (het citaat is geredigeerd)
*
‘ Er waren enkele mensen, die achter mij zaten in de trein en die ik niet kon zien, actief aan het deliberen over “democratie” en wat dat woord – dat ons voor in de mond ligt bestorven – eigenlijk nog voor betekenis heeft. Ik luisterde mijns ondanks met een half oor, totdat iemand opmerkte dat Rutte eigenlijk helemaal niets voorstelt op het globlablabla-toneel – ook als NAVO opperhoofd niet – indien hij niet tevens tenminste ook nog de controle over hetgeen er in Nederland gebeurt, zou hebben.’
- ‘Die persoon had een punt, denk ik. De figuur met Dick Schoof als premier wordt door sommigen ook wel gezien als een vorm van “symbiose” met Rutte, waarbij het onduidelijk is wie er echt aan de touwtjes trekt.’
‘ Over dat laatste hadden de mensen in de trein geen enkele twijfel: Israël. Het Gaza-WestBank-gebeuren staat weliswaar in de MSM niet steeds prominent op de voorgrond, maar beheerst in feite alles. Ik zag net een video met Jeffrey Sachs (Which Countries Trust the US? 26-27 aug. 2024) die me opnieuw onder de neus wreef hoe weinig wij te zeggen blijken te hebben over het steunen van Israël en de VS (in Gaza én de Oekraïne) door de Haagse politieke nomenklatoera. Dat gebeurt bijna geheel buiten ons om.’
- ‘Laat ‘dat “bijna” wat mij betreft maar weg. De Israëli van Netanyahu wíllen helemaal geen twee-statenoplossing, maar ze willen de Palestijnen weg uit Gaza en uit de WestBank. Een apartheidsstaat waarin de Israëli de lakens uitdelen. Zo’n construct is echter niet meer van deze tijd, dus zal het nog enige tijd vrij schieten op de Palestijnen zijn ….’
……………… …………….. …………… ………………..
……………… …………….. …………… ………………..
ana-lisa.nl/waren-de-grieken-eigenlijk-altijd-al-komisch-en-de-nederlanders-dan/