‘ Wat een weelde en wat een luxe! Lockdowns! Leegte en rust en reinheid! Je kunt in Amsterdam weer normaal door de stad kuieren, zonder omver gereden te worden door bierfietsen of omvergemarcheerd door toeristen met hun sleepkoffers – op weg naar een airbnb! Dat is heel lang geleden. Ik geniet er met volle teugen van. Lang leve de lockdowns! Gelukkig wordt er nu in Amsterdam een beginnetje gemaakt met het beteugelen van die airbnb-verdwazing. Een krankzinnig fenomeen, kamermelkerij als zoveelste krankjorume verdienmodel.’
- ‘Ik heb sinds lange tijd het Rijksmuseum weer ongehinderd kunnen bekijken. Van buiten welteverstaan, want naar binnen is te duur om nog leuk te zijn en bovendien veel te druk. Kapot-gecommercialiseerd. Het onvervuilde aanzicht van de buitenkant is me mooi genoeg; ik weet wat er binnen zoal hangt en staat en ik heb de dvd’s en platenboeken om m’n geheugen op te frissen. En dat heerlijk weidse museumplein, zonder trossen mensen op matjes en handdoekjes of gewoon bloot op het gras. Wat een zaligheid.’
‘ Ik ga voor een lockdown per kwartaal hoor, of anders drie van twee weken in de zomer en twee van een maand in de winterperiode. Dus vijf per jaar. Zonder doden of gewonden, maar wel zonder mensenmenigtes. Heerlijk!’
- ‘ Heb je dat stuk over de vliegindustrie gelezen? Verbijsterend dat verdwaasd de planeet rondcrossen, verkwistend vliegen, allengs als normaal beschouwd wordt. Geen woord over brandstofverbruik en de luchtvervuiling-voor-iedereen. Ik heb weer eens opgezocht wat dat vliegen aan fossiele brandstof kost, nou dat is niet misselijk.Een Boeing 747 zuipt ongeveer 4 liter brandstof (kerosine) per seconde. Per seconde!
Een Jumbo die van Londen naar New York (5, 5 duizend km) vliegt, verbrandt 82.353 liter brandstof.Laten we hopen dat er een fikse sanering in die branche noodzakelijk blijkt, een zinnige en structurele sanering, zodat we terug gaan naar normaal.’
‘ Die discussie over “nationalisering” is al lang achterhaald, want je weet niet meer of de tegenwoordige politici/”volksvertegenwoordigers” niet veel meer tijd besteden aan hun lobby-activiteiten dan aan het vertegenwoordigen van het volk. Volksvertegenwoordiger wordt door steeds meer beroepspolitici als handige en vetverdienende bijbaan beschouwd. De meesten denken er niet eens meer bij na, zo vanzelfsprekend zijn ze het gaan vinden. Dus wat is privé en wat publiek, nietwaar? Dat loopt onontwarbaar door elkaar heen, en gaat bandeloos in elkaar over.’