‘ Daar heb je gelijk in: Christoffel Columbus, de ontdekker van Amerika, en Pardon Chato, de halfbloed Apache, zullen zelfs geen country and western songs gedebiteerd hebben. Vermoed ik althans. In ieder geval zongen ze vast geen Hollandse smartlappen.’
- ‘ Dat deed André Hazes dus wel. Die kweelde en galmde authentieke Hollandse country and westerns, oftewel smartlappen en dat kan vandaag de dag echt niet meer. Dan wordt je standbeeld (hoe ludiek ook) gevandaliseerd, want Hollandse smartlappen zijn anti-inclusief, daarmee sluit je hele hordes exoten buiten. Net als met Sinterklaas, de Kerstman en de Paashaas. Die moeten allemaal weg. Ze zijn blank – zelfs de Paashaas zou albino zijn – en dat is vloeken in de kerk of de moskee. Ja, ik neem geen risico: gelijke imams gelijke tulbanden en mijters.’
‘ Je vergeet de joodse keppeltjes, of zijn het Kajafas-tulbanden, zoals in Jezus Christ Superstar? Deze motivatie achter het vandaliseren van dat lego-beeld, vind ik origineel: een blanke zanger van Hollandse liedjes, kan niet. Helaas is zo’n denkraam niet louter denkbeeldig in deze bizarre tijden, waar bijna iedereen en alles meteen wordt herleid op racisme en corona. Geen idee is op dit terrein zo krom of je kunt het beter toch maar serieus nemen. Een snufje serieus op z’n minst.’
- ‘Okay, we hebben het dus over Pardon Chato de half-Apache. Chato wordt gespeeld door Charles Bronson, dat moet je even verduidelijken, want niet iedereen weet wie Pardon Chato is – of wie Charles Bronson is, en vlak Jack Palanche niet uit zeg. Palanche speelt captain Quincey Whitmore, van de verslagen Confederacy. Hij leidt de klopjacht op Chato. Wat een koppen. Uit beton gegoten, uit graniet gehouwen. Zo stel je je die luitjes voor. Alles voldoet aan de gangbare stereotypen.’
Desondanks vind ik Chato’s Land een beregoeie film. Bij ons hebben de jongelui hem intussen minstens vier keer bekeken. Dat wil zeggen in groepsverband, met anderhalve meter tussenruimte, natuurlijk. Wie de dvd nog afzonderlijk of in subgroepen bekoekeloerd heeft, weet ik niet eens.’
‘ Heb je nog clues gegeven, of kwamen ze zelf op ideeën?’
- ‘ Ik heb na de derde sessie alleen gevraagd of ze het verstandig vonden van de redneck possy onder leiding van captain Whitmore om met alleen wat boterhammen, zonder extra waxinelichtjes en zonder EHBO-trommeltje, pardoes achter Chato aan te gaan. Want wij zijn tenslotte met tien blanken, tegen maar een halve indiaan. Dus pardoes de bush in – zonder pardon (over het “pardon” moesten ze nadenken). En ik heb ze gevraagd of de film ze de misschien aan parallellen uit de Grote Geschiedenis deed denken.’
‘ Vielen er toen wat pennen in gaatjes?’
- ‘ Jazeker. De Amerikaanse invasie van Vietnam en Afghanistan waren eerst en daarna druppelden er meer voorbeelden binnen. Tot mijn verrassing ook over de Russen en Japanners, en natuurlijk Napoleon Bonaparte, die de Russen wilde beschaven met de Franse code civil. En natuurlijk Adolf-met-de-Hitler-snor. Die wilde de barbaren in het Oosten niet zozeer beschaven als wel uitroeien. Ach, wat is het verschil met die Amerikaanse kolonisatoren en de indianen, als het op uitroeien aankomt? De jongelui waren verbluft, dat je een western blijkbaar zo kon framen. Of dat omgekeerd, een western naar historische gebeurtenissen als archetypen kon worden gemodelleerd. De kip-ei-kwestie.’
‘ De openingsscene van Chato’s Land kan de kijker makkelijk op het verkeerde been zetten: racisme. De termen red skin nigger en breed (halfbloed), zetten meteen de sfeer, maar daarna graaf je natuurlijk dieper. Tenminste, als je goede mentors hebt. Als iconische Amerikaanse casus in dit verband moge natuurlijk het geval generaal G.A. Custers dienen, met zijn Little Bighorn soap. De Amerikanen hebben daar volgens mij nog steeds een nationaal collectief trauma van en proberen hardnekkig om er een heroïsche gebeurtenis van te boetseren. In de trant van: de indianen speelden het niet sportief. Ik geloof dat Little Bighorn de meeste blanke Amerikanen zelfs hoger zit dan het Vietnamdrama.’
- ‘ De blanke Amerikaan was zowel in Amerika als in Azië, de exoot die kwam om te knechten en plunderen. Vietnam had nog het voordeel dat er vooral negers en white trash (de deplorables van Hillary Clinton) heen werden gestuurd om te worden afgeslacht; dat diende nog een nuttig doel. Bij Little Bighorn lieten primitieve inlanders zien dat zij de superieure blanken konden verslaan. Dat deden de Vietnamezen trouwens ook, met hun gepunte bamboestokken.
Zucht. Onderwijs, altijd weer dat onderwijs. Niemand weet wat zij nog niet weet, zelfs niet welke smaak of voorkeur hij heeft. Dat moet allemaal geleerd worden. Zinnig interpreteren, moet en kun je leren. Laat ook maar, want deze plaat is al lang grijsgedraaid.
Het onderschatten van een opponent (desnoods vanuit racistische frames) werkt bijna altijd in je nadeel uit. Superioriteitsdenken, blijkt keer op keer onprofijtelijk. Al was het alleen maar omdat je jezelf dan schromelijk pleegt te overschatten en aan de hand van suffe scenario’s te werk gaat. Amerika, een technische supermacht, legde het af tegen spleetogen met bamboestokken. De Fransen in Dien Ben Phu (1954) idem dito, die dachten: wij kunnen de beboste heuvels rond dit kamp niet bemensen, en wat wij niet kunnen, dat kan de Viet Minh ook niet. Help je te geloven. De Vietnamezen onder generaal Giap, sleurden zwaar geschut tegen de hellingen omhoog, louter met mankracht, en ze bombardeerden de Fransen – hoofdzakelijk legionairs uit het Vreemdelingenlegioen, dus geen “echte” Fransen – compleet de modder in. Toch een curieus construct dat Franse Légion étrangère, maar wel ontzettend handig om zoiets als land te hebben. De huidige FFL (French Foreign Legion) is nog veel en veel beter dan het Nederlandse KNIL destijds.Zeg, zie je dat op deze foto? Columbus heeft een bijl in zijn voorhoofd gekregen. Een hatchet, geen tomahawk. De tomahawk kwam uit de bijl voort, meen ik me te herinneren. Via Martin Heidegger en de houthakker uit het Zwarte Woud, met die bijl die oftewel vorhanden is oftewel zuhanden, maar dat is voor de volgende les.’
‘ Nou, dat van die tomahawk moet je nog maar eens nalezen. Ik meen dat de indianen die al kenden vóór Columbus en zijn ellende er landden. Die goeie ouwe Christoffel, die kosten noch moeite spaarde om de wilden de Europese beschaving te brengen. Maar vooral om te roven en te plunderen. Als de jongelui naam Martin Heidegger maar eerst een keer hebben gehoord, in een context die zij zich misschien herinneren. Wellicht dat sommigen nieuwsgierig worden.
Het scalperen werd in tegenstelling tot de tomahawk wel degelijk door de blanken ingevoerd. Die kregen een bedrag in dollars voor elke indianenscalp die ze inleverden. Indianen waren ongedierte dat verdelgd diende te worden: The only good indian is a dead indian. Ja, de blanken hebben er echt beschaving gebracht. Die waren onstuitbaar in hun zendingsdrang. Dat is nog steeds zo, alleen brengen ze nu de zegeningen van het neoliberalisme. Dat is zo mogelijk nog verwoestender.’
- ‘ En het christendom natuurlijk. De onvermijdelijke zendelingen en missionarissen, in het kielzog van de kolonisatoren. Vergeet vooral de godsdienst niet. Dat kun je trouwens in de boeken van Karl May zo mooi lezen. Zijn boeken wemelen van de sektarische griezels en engerlingen die vanuit Europa (May woonde in Duitsland en heeft nooit een voet in Amerika gezet) de grote plas overstaken om de heidenen de Beschaving (en de pokken en de mazelen, de rode hond en de kinkhoest) deelachtig te doen worden.’
‘Je vergeet de syfilis en de gonorrhoe. Die waren destijds minstens even rampzalig verwoestend als het neoliberalisme nu.’
- ‘ Je hebt gelijk. Zeg, André Hazes, wordt hufterproof in beton, op de Dam teruggezet, heb ik gelezen.’
‘ Hoezo hufterproof? Denk jij dat het beeld dan veilig zal zijn? Het is en blijft een beeld van een blanke autochtone volkszanger hoor. Een balletje semtex en het is boem foetsj. Als het oudjaar is, zet men er misschien ooit een RPG op, dan verdampt alles gewoon. Net als bij onze spaargelden en pensioenfondsen, maar die verdampen geruisloos. Dat gebeurt dus gelukkig beschaafd.’
- ‘Indianenverhalen. Er schiet me nog iets te binnen in verband met die film Chato’s Land en dat is het verhaal over de tien kleine negertjes (of indiaantjes) van Agatha Christie. Deze troep rednecks vertrekt immers ook met een dozijn of zo en een voor een leggen ze het loodje, and then there were none. Dat boek van Christie zal vast op de brandstapel eindigen, of al zijn geeindigd, vanwege de racistische titel. Die titel veroorzaakte destijds al reuring en commotie. Vandaar de wijziging van de titel in: And Then There Were None. Alsof mevrouw Christie alle negers en indianen weg zou wensen. Het idee alleen!’
‘ Ja, het verhaal is wat dat betreft volgens het zelfde recept in elkaar gestoken, alleen gaat in Chato’s Land, een clubje blanken een voor een voor de bijl, zonder dat we hoeven raden waarom en hoe. Hoe het zij: reuring is altijd goed voor de verkoop. Kijk maar eens wat voor prijzen eerste en vroege drukken van het boek van Christie, met de oorspronkelijke titel, doen. Dat zijn gewilde verzamelaarsobjecten geworden.’